18 Sep – 11 Oct 1998

Blinddate

Slater Bradley, Carol Murphy, Tommy Olsson, Ronald Ophuis, Maria Pask, Viviane Sassen, Peter Stel, Mascha de Vries, Magnus Wallin, Erik Wesselo
(This text is only available in Dutch)

De bijdrage van W139 aan het World Wide Video Festival bestaat uit de tentoonstelling Blind Date. Vijf paren van elkaar onbekende kunstenaars werden op basis van inhoudelijke overeenkomsten in hun werk samengebracht.

Previous 1 /  Next
(This text is only available in Dutch)

Gedurende drie maanden hebben zij zich in het werk en gedachtengoed van de ander verdiept en het eigen werk in relatie tot dat van de ander bezien. Dit samenspel resulteert in vijf diverse presentaties die tot moment van verschijnen onbekend zijn. De kunstenaars zijn geen van allen videokunstenaars pur sang. De meesten maken wel gebruik van het medium video, maar beperken zich er niet toe. Juist de integratie van het medium in het brede veld van de hedendaagse kunst maakt hun werk interessant.

Erik Wesselo en Slater Bradley delen een non-conformistische houding. Hun werk heeft een melancholieke inslag waar een destructieve energie vanuit gaat. Het richt zich tegen het bestaande en wil een existentiële ervaring bewerkstelligen. Maar waar Wesselo zich richt op een moment van bevrijding uit het systeem, is Bradley radicaler in zijn afwijzing van wat hij binnen zijn cultuur krijgt aangeboden.

Maria Pask en Tommy Olsson zijn geobsedeerd door afwijkend gedrag van normale mensen. Pask stelt de werkelijkheid waarin zij leeft grotesk en absurdistisch voor. Olsson laat zien hoe mensen de meest bizarre ideeën ontwikkelen om een uitweg te vinden voor hun onderdrukte gevoelens en verlangens. Verbazing hierover heeft in zijn werk plaatsgemaakt voor een bijna natuurwetenschappelijke onderzoek.

Ronald Ophuis en Magnus Wallin maken beiden harde, geweldadige beelden die de kijker in een ongemakkelijke positie dwingen. Ophuis kiest in zijn schilderijen het perspectief van slachtoffer of dader waardoor je ze als een shock ervaart. Wallin dwingt je in de positie van iemand met een lichamelijke handicap en laat zo ervaren hoe sterk de normen van de maatschappij in het onderbewuste doorwerken.

Peter Stel en Carol Murphy zijn geïnteresseerd in de betekenis van het beeld, los van de context of intentie waarmee het is gemaakt. Murphy's video's zijn scène's waarbij de belangrijkste informatie lijkt te ontbreken. Waar verwijst het naar? Wie wordt er aangesproken? Dergelijke vragen blijven onbeantwoord in haar werk. Stel vindt zijn beelden als het ware bij toeval. Hij creëert een situatie die de beschouwer in het werk betrekt en zijn eigen fascinaties voor alledaagse fenomenen met hem deelt.

Mascha de Vries en Viviane Sassen proberen beiden identiteiten te ontleden aan de hand van uiterlijkheden. Ze beschouwen die als signalen die een betekenis afgeven en veel over een persoon verraden. Ze zijn niet geïnteresseerd in een diepere (psychologische) betekenis van hun werk maar laten het voor zich spreken. De Vries laat zien hoe lichaamstaal functioneert in de intieme ruimte. Sassen omschrijft meer een soort leefstijl door haar onalledaagse wijze van fotograferen.