9 feb – 10 maa 2002

Concrete

Maria Barnas, Dianne Hagen, Ronny Heiremans, Lucas Lenglet, Els van den Meersch, Katleen Vermeir

Concrete zoekt haar wezen in de verstilling; het is eerder een winterlandschap van beelden, projecties, objecten en installaties.

De werken wijzen door die verstilling en hun bescheiden stoffelijkheid een directe weg naar hun inhoud, die tot stand kwam door middel van onderzoek en reflectie. De werken hebben een zekere abstractie maar de vorm ervan is een direct gevolg van de inhoud. Die vorm is niet uitbundig, kleurrijk of schreeuwerig maar hanteert eenvoudige materialen en principes. De werken zijn vervat in de betekenis van de titel; ze zijn grijpbaar en concreet, hard en stoffelijk maar vergroeien, verdichten zich met hun inhoud (concretion). Zelfs het letterlijke beton komt in de tentoonstelling voor.

De selectie van kunstenaars is ontstaan op basis van hun overeenkomst in werkwijze. Hun intenties, research en developement en verklaringen bieden vele raakvlakken. Eén daarvan is de positie van de mens in zijn woon- of stedelijke omgeving. Een andere overeenkomst in het oeuvre van deze kunstenaars is de productie van objecten of installaties waarin, naast de bouwsels, ook media als licht, dia's, video of geluid een rol spelen.

Maria Barnas volgt reeds enige tijd een 'personage' genaamd Iris. Deze jonge vrouw lijdt aan een manische verzamelwoede. De bijdrage van Barnas is een welhaast documentaire opstelling waarin foto's van het huis en de vertelstem van Iris centraal staan. De maat van haar kamer stuurt de installatie. Barnas schreef over Iris' problemen ondermeer: " Wanneer Iris thuis is, wil ze graag weg omdat het binnen een chaos is. Zodra ze buiten staat wil ze naar huis; ze moet eerst alles opruimen. Iris heeft 4 tafelpoten en 3 tafelbladen. Ze kan niet kiezen welk tafelblad het beste is."

Lucas Lenglet toont een doorwrochtte installatie getiteld 'Vennsetcamostage'. Lenglet slaagt erin het werk zowel heel concreet als abstract te laten zijn. De materialen zijn herkenbaar maar de combinatie ervan geeft het werk betekenissen in meerdere lagen. Het zit vol onvermoedde associaties, verenigd door de formaliteit.

De titelloze objecten van Dianne Hagen zijn gemaakt met een keur aan materialen; van architectenpapier tot siliconenkit. Hagen weet haar werken een intrigerende identiteit te geven, ook al lijken ze overal buiten te vallen. Bij Hagen geldt dat je precies kan zien hoe de werken gemaakt zijn en toch krijgen ze een raadselachtige poëzie.

De opstelling van Els Vanden Meersch getiteld 'bewoonbaar / onbewoonbaar' is een reconstructie van haar eigen woonst, waarbij de vloer wordt omgekeerd en zodoende haar basis verraadt. Een gang, een toilet, een badkamer. Ook de aangrenzende ruimtes worden rudimentair weergegeven. De installatie heeft een formele glans maar toont zeker ook een doorleefdheid; betonnen bobbels aan de onderkant van tegels, een doorgesleten dorpel.

De voorzaal tenslotte is voorbehouden aan Ronny Heiremans en Katleen Vermeir. Zij resideren momenteel aan PS1 in New York en besloten voor 'Concrete' wederom tot een samenwerking. Beide kunstenaars maken werken waarin architectuur en geschiedenis de bronnen vormen. 'Tableaux vivants (construction models)' bestaat uit een grote projectie waarin een aantal buitenissig geklede mensen figureren in een gebouwde opstelling. De video toont dit alles met op de achtergrond de skyline van Brussel. De kleurige kledij contrasteert hevig met de grijze verticalen van het stadslandschap. Ook in 'Diptich (the ideal city)' keert dit fenomeen terug. Ditmaal is er meer ingezoomd, zodat uit de close-up portretten ontstaan. Eerder personen als figuren dus. Met de New Yorkse skyline als achtergrond. De werken hebben een enorme trefzekerheid, het surrealisme van de beelden nestelt zich ogenblikkelijk in het geheugen van de toeschouwer.

Designpolitie maakte ook voor deze tentoonstelling een fysieke uitnodiging, een onderdeel van een serie uitnodigingen voor W139, die her en der verschenen in de stad.